Geplaatst op

Opa vertelt (4)

Zo rond mijn twintigste was ik een fanatiek bezoeker van vestzaktheaters waar films gedraaid werden voor een minder breed publiek. Ik zat daar dan samen met veertig andere wereldverbeteraars en genetisch belaste betweters te kijken naar films die met een krap budget geproduceerd waren.

Helaas ben ik vergeten welke Italiaanse film het was waarin een man kordaat de trappen van een kerktoren besteeg om eenmaal bovengekomen een geweer met telescoopvizier te richten op de dorpelingen die over het plein liepen. Ondanks het lage budget was er kosten noch moeite gespaard om de toeschouwer het gevoel te geven mee te kijken door dat vizier.

Steeds wanneer een dorpeling met hoofd of bovenlijf binnen de haarlijnen van het vizier kwam haalde de man de trekker over. De dorpeling kwakte vervolgens geluidloos als een zak zand tegen het plaveisel.

Na drie slachtoffers lag ik in een deuk. Ik zat zo hard te lachen dat ik mij niet eens realiseerde dat de bezoekers in de rijen voor me zich inmiddels hadden omgedraaid en mij met verwijtende blikken aan zaten te kijken. Ik had mezelf snel weer onder controle en ik keek voor de zekerheid ook nog even over mijn schouder, maar het was duidelijk dat ik de enige was die zat te lachen.

Ik stamelde ‘O, sorry…’ en verliet het pand.

Toen had ik kunnen begrijpen dat ik anders was, dat ik als enige in die bioscoop de humor inzag van dat zinloze leed. Misschien was het de eerste keer dat de sadist in mij zo duidelijk een weg naar buiten vond, zonder daarmee te willen beweren dat ik in die veertig jaar daarna wel eens een telescoopgeweer heb aangeschaft of iets anders krankzinnigs heb gedaan dat in strijd was met de wet. Een gemoedstoestand hoeft niet altijd tot extreme daden te leiden.

Ook gebeurde het regelmatig dat ik na het verlaten van zo’n filmhuis moeite had om terug te keren naar de alledaagse werkelijkheid. Meer dan eens kwam ik bijna onder een passerende auto omdat de film die ik zojuist gezien had mij nog zo in de greep hield.

Helemaal de weg kwijt was ik na het zien van The Nightporter, een film die in verschillende landen verboden was omdat het een film was over een relatie tussen een Nazi kamparts en zijn joodse vriendin. Dat kon écht niet in die tijd. Nu nog niet, eigenlijk.

Ik kon alleen maar zien hoe mooi en romantisch de liefde tussen die man (Dirk Bogarde) en zijn geliefde (Charlotte Rampling) was.

Het zou jaren duren voordat ik de film weer zag en meteen begreep dat ik naar een hartverscheurend liefdesdrama tussen een sadistische Dominant en zijn onderdanige geliefde had gekeken. Inmiddels moet ik de film meer dan vijftig keer gezien hebben en het blijft voor mij de beste BDSM-film die in de vorige eeuw is gemaakt.

Schrijver Arnon Grunberg schreef nog onlangs in de Volkskrant dat de film prachtig illustreert hoe het Stockholm Syndroom werkt, oftewel hoe onderdrukten een ziekelijke band kunnen ontwikkelen met hun onderdrukkers. Dat is een bijzonder veilige observatie tegen de achtergrond van een genocide, maar je zou ook – even verdedigbaar – kunnen stellen dat alles wat traumatiseert uiteindelijk seksualiseert en daarmee zo mogelijk nog veiliger kunnen beweren dat Grunberg met zijn voorkeur voor bejaarde vrouwen en zijn oedipiaanse verhouding tot zijn moeder daar alles van zal begrijpen.
 

[ Deze bijdrage werd eerder gepubliceerd op thekinkyweb.nl ]

Geplaatst op

Opa vertelt (3)

Waarom zou de hoofdredacteur van een blootblad in zijn vrije tijd tijdens het masturberen ook nog iets geils moeten verzinnen, dacht ik vaak toen ik decennia geleden voor het eerst een cassette met porno in mijn VHS-recorder stopte.

Die gedachte werkte voor mij heel goed. Ik hoefde er immers ook niet voor naar de videotheek. De redactie kreeg ‘ter recensie’ dozen vol pornotapes aangeboden.

Heeft u wel eens getracht een goede recensie te schrijven over een pornofilm? Niet doen. Dat is pas echt zwaar werk, zo kan ik u uit ervaring melden.

Hoewel de distributeurs wel degelijk ook BDSM-porno in hun aanbod hadden, kreeg ik die video’s nooit toegestuurd. Misschien wilden ze netjes overkomen, of ze zagen mij in het door de uitgeverij voorgeschreven driedelig kostuum als een degelijke man die alleen van recht-op-en-neer hield.

Al snel keek ik niets anders meer dan porno. Niet dat ik voortdurend met een Kleenexje in de vrije hand pontificaal midden op de bank zat te masturberen. Dat gebeurde wel eens maar die porno had vooral een schemerlampfunctie. Daarmee voorkwam ik dat ik na een dag van tien uur gesodemieter op het werk ook nog eens via de buis met het leed van de rest van de wereld geconfronteerd moest worden. Als ik dat prettig had gevonden, dan was ik wel in de reguliere journalistiek gebleven.

Behoefte aan BDSM-porno had ik eigenlijk ook niet, want er was genoeg BDSM in mijn privéleven. Zelfs mijn werk zag ik als BDSM. De redactie had ik opgedeeld in twee groepen: onderdanigen en dominanten. De onderdanigen kregen van mij ruim waar ze recht op hadden en de dominanten werkte ik bewust of onbewust via een bijzonder soepele interpretatie van het ontslagrecht langzaam maar zeker de deur uit.

Het duurde dan ook tot de komst van het Internet dat ik voor het eerst besloot dat ik nu wel eens een goede BDSM-porno wou zien. De eerste film die ik binnenhaalde was een vergissing. Althans dat dacht ik.

Wat ik te zien kreeg waren twee dames in een schuur die gevuld was met SM-attributen. Zo was er een heuse rekbank die niet echt voor het oorspronkelijke doel gebruikt werd, maar waarop een dame met zestien lagen foundation amechtig lag te hijgen en haar met latex bekleedde kont als een krolse kater in de richting van haar tweelingzus bewoog, die met zo’n rubberen lebberzweepje stond te zwaaien.

Wanneer ze dat zweepje ook daadwerkelijk gebruikte, dan leek dat uitsluitend bedoeld te zijn om het latexkontje van haar zusje af te stoffen. Een actie waarna de beide dames, in wat een gezamenlijke astma-aanval leek, de hoofden naar elkaar toe bewogen om elkaars suck-proof lipstick te bevochtigen. Dit ging zo maar door. Drie kwartier, misschien wel langer. Ik heb het einde niet gehaald.

Alles wat ik verder van het web haalde leek door diezelfde productiemaatschappij of door geestverwanten gemaakt te zijn en al snel gaf ik mijn gespeur naar goede BDSM-porno op.

In plaats daarvan vond ik bioscoopfilms (vaak geschikt voor alle leeftijden) waar de BDSM als het ware van afspatte, zonder dat dit in de verste verte de bedoeling leek te zijn. Uit die films zou ik graag een selectie maken om die opnieuw vanuit een BDSM-optiek van een goede recensie voorzien.

[ Deze bijdrage werd eerder gepubliceerd op thekinkyweb.nl ]

Geplaatst op

John M. HD Test XC10

Updated – So, this is the second raw edit of a quick and dirty short production featuring Dutch photographer John Melskens. The edit is far from definitive and a lot needs to be done on sound. I forgot my wind cover for the microphone.

Shooting time: approx. 2 hours
Editing time: approx. 6 hours

Geplaatst op 1 Reactie

Street Photography

Once in a blue moon I spend an afternoon with John Melskens, one of Amsterdam’s finest street photographers. We don’t go that far into the city, and we don’t spend more than one or two hours, but we always come back with something interesting.

These results I usually post on my street photography site hansvanderkamp.com as a complete series. Yesterday we went out with a different goal in mind. I was going to make a short film of him at work.

It was fun, but after filming for about an hour, I wanted to take some photographs too. I took three and there was one I liked, so I am posting it here instead of on hansvanderkamp.com where I tend to post larger series. Soon I will be posting the video after the editing is done in this same category, that is of course if the final product is any good.

Geplaatst op 1 Reactie

Necrologie voor een exhibitionist

Ik denk dat ik maar eens een taboe ga doorbreken door het gebruikelijke geweeklaag bij een overledene te passeren om uit persoonlijke ervaringen te stellen dat Joost Zwagerman een nare flapdrol was, vooral bekend van DWDD, zijn nodeloze beledigingen maar ook bedreigingen aan het adres van mensen die hem op de een of andere manier niet wilden of konden waarderen.

Een charismatisch leeghoofd met problemen.

Hij voelde zich zeker niet te min om de mensen die zijn geloofwaardigheid wél draagvlak boden, zoals onder andere A.F.Th. van der Heijden, een mes in de rug te steken.

Daarnaast had hij een maniakale behoefte ‘jong’ te zijn. Het leek alsof hij het jong zijn zelf had uitgevonden en dat de natuur daar weinig mee te maken had. Misschien moet hij met die filosofie als voorganger gezien worden van de minstens even vervelende en even narcistische tikgeit Menno Wigman, alhoewel ik diens werk aanzienlijk hoger inschat.

Als een willekeurige verslaafde in een al dan niet door middelen veroorzaakte psychische onevenwichtigheid besluit zelfmoord te plegen is er geen hond in Nederland die daar van wakker ligt, behalve als hij of zij met het exhibitionistische hoofd regelmatig op de buis is geweest.

Geloof me maar. Oud zijn of oud worden, dát was wat hij niet aankon.

Geplaatst op

Accubak

Als je met een blij gezicht meldt dat je Sadist bent, dan kan het zomaar gebeuren dat mensen je op de verkeerde manier serieus nemen, maar de kracht van een woord is als een aandeel op de beurs, voortdurend aan koerswisselingen onderhevig.

Een inwoner van een Syrisch dorp die gezien heeft hoe zijn familieleden door IS-milities op slordige wijze met een legermes onthoofd werden en zelf ternauwernood de dans weet te ontspringen om naar Malta of Kos te vluchten heet al snel een gelukszoeker omdat er ook wel mensen naar Europa komen uit zuiver materiële overwegingen.

De uitzonderingen bepalen in zo’n geval de betekenis van een woord. Zo bestaat er een levensgroot inhoudelijk verschil tussen de woorden voetbalsupporter en voetbalvandaal, maar dat is alleen maar zo voor mensen die geen hekel aan voetbal hebben. Heb je wel een hekel aan voetbal dan betekenen die twee woorden vrijwel exact hetzelfde.

Zo wordt het woord sadist voortdurend gekoppeld aan mensen die dieren of even erg mensen ondraaglijk leed verschaffen. Seriemoordenaars worden vaak sadisten genoemd, omdat ze hun slachtoffers soms langdurig laten lijden voordat ze hen van kant maken.

Welke zichzelf respecterende Sadist zou in godsnaam willen dat er een onomkeerbaar einde kwam aan het leed van zijn of haar slachtoffer? Dat is contraproductief. Of zoals het in dagelijks taalgebruik heet: het moet ook niet gekker worden.

In mijn ogen is een sadist vooral iemand die zich bewust is van het feit dat er vele wegen zijn die naar Rome leiden wanneer het lichamelijk en geestelijk genot betreft.

Uiteindelijk zijn onze hersenen niet meer als een in smurrie gehuld neuraal netwerk dat in een soort accubak drijft. Verhoog je of verlaag je zuurgraad binnen die accubak dan zoekt het neurale netwerk naar andere verbindingen, vrolijk stofjes aanmakend die voor plezier, angst, tevredenheid, opwinding of bevrediging zorgen.

Met wat voor accubak je ook geboren bent, er valt weinig aan te veranderen. Psychologen willen nog wel eens wat cosmetische resultaten bereiken en natuurlijk kun je die accubak van buitenaf beïnvloeden met medicijnen of genotsmiddelen maar dat is tijdelijk. Het neurale netwerk zal zonder die beïnvloeding altijd weer terugkeren naar de standaardwaarden.

Als we de diversiteit in mensen willen respecteren en accepteren, dan is er geen evenwichtiger huwelijk denkbaar dan tussen iemand die genot verkrijgt aan het veroorzaken van pijn en iemand die bevrediging bereikt door het ontvangen van die pijn.

Politiek correct is het niet, maar de politiek is dan ook over het algemeen zelf ook verre van correct.

[ Deze bijdrage werd eerder gepubliceerd op thekinkyweb.nl ]

Geplaatst op

Othalia

Radiant princess Othalia in low-key. Judging my photographs is a professional process. I look at the light, the composition, I may even have some ideas about styling, but most of all I judge the photograph by its quality as a portrait. Rarely do I look at a picture, mumbling: ‘This is hot!’ There are very few exceptions. Like this picture…