Geplaatst op

Klaarkomen

Voor meer informatie over deze oude reeks korte verhalen over hoerenlopen, zie de eerste aflevering: Betalen moet iedereen


Klaarkomen

Bij Rita wist ik het niet. De schijn van contracties, de dauw op haar huid, het leek me een hele klus om dat te spelen.

Hoeren klagen vaak dat mannen zo nodig moeten bewijzen dat ze hen klaar kunnen maken. Met alle schrale ellende van dien. Ik voel mij daar niet door aangesproken. Mij gaat het om mijn eigen gerief. Dat andere is voor de liefde. Ik haat het echter wanneer een hoer om mij te plezieren met veel slecht geacteerd gekreun en gesteun de suggestie wil bieden dat ze klaarkomt, of gaat klaarkomen.

Dat ze haar lichaam onderverhuurt, ervaar ik niet als stuitend, het acteren van gevoelens wel. De vraag om het gekreun en gesteun achterwege te laten is dan ook iets wat ik standaard beding bij de prijsonderhandeling.

Het was dan ook vanuit dat uitgangspunt dat ik koste wat kost moest weten of Rita nu wel of niet echt klaarkwam.

‘Wat wil je horen?’ was haar reactie. Ze was een goede hoer. Ze zou geen antwoord geven zonder eerst te informeren wat ik het geilste antwoord vond. ‘Ik weet eigenlijk niet wat ik wil horen.’ Ze trok een Kleenex uit een doos en vouwde die met een precies, haast medisch gebaar om mijn lul om het condoom te verwijderen.

‘Misschien kom ik klaar, misschien ook niet. Als ik zeg dat ik wel klaarkom, vind je diep in je hart dat je voor niets betaald hebt en als ik niet klaarkom, ben je teleurgesteld in je eigen kennis van vrouwen.’ Eén sierlijke boog en het condoom landde in een met Engels jachttafereel opgesierde prullenbak bij de rest uit de maxiverpakking. Daar had ik me bij neer te leggen en ik ben er nooit meer op terug gekomen, maar de twijfel bleef knagen.

Na verloop van tijd begon Rita meer en meer eisen aan me te stellen. Zo wilde ze niet dat ik dronk of me anderszins verdoofde voordat ik haar bezocht en ze begon zich zelfs met de aard van onze seks te bemoeien.

Het doek viel geruisloos op de dag van mijn achtentwintigste verjaardag, toen ik een kaart in de brievenbus vond. ‘Hartelijk gefeliciteerd, xxx Rita.’ Ze was vriendin geworden en die plaats was al bezet. Ik besloot haar niet meer op te zoeken.

Een jaar of twee later, in een dronken gesprek met een vriend, vertelde ik over die éne hoer, van wie ik dacht dat ze – tegen alle wetten van de betaalde liefde in – was klaargekomen. Nee, zoiets had mijn collega hoerenloper nooit meegemaakt. Alhoewel… Er schoot wat licht door zijn stukgezopen ogen. Ook hij had één keer getwijfeld.

Het duurde niet lang of we zaten in een taxi op weg naar dat ene raam dat mijn vriend zich nog dacht te herinneren. Natuurlijk reed de taxi, zijn aanwijzingen volgend, feilloos naar het raam van Rita. Even hoopte ik nog op een buurvrouw, maar nee. Ze bevond zich aan mijn kant van de auto. De enthousiaste kreet van mijn vriend viel samen met het moment dat mijn blik de hare kruiste.

‘Die, die!’ brulde mijn vriend opgetogen in mijn oor en ik moest mijn hoofd laten zakken om zijn wild gebarende arm wat ruimte te bieden. Rita wist hoe twee dronken kerels in een taxi eruit zagen en ze draaide haar hoofd weg alsof ze poep had geroken. ‘Nee, die ken ik niet,’ zei ik, zijn arm geïrriteerd wegduwend. ‘Wat een meid!’ riep hij nog, terwijl ik de taxichauffeur een por gaf om verder te rijden.

Een jaar of twee later, in een dronken gesprek met een vriend, vertelde ik over die éne hoer, van wie ik dacht dat ze – tegen alle wetten van de betaalde liefde in – was klaargekomen. Nee, zoiets had mijn collega hoerenloper nooit meegemaakt. Alhoewel… Er schoot wat licht door zijn stukgezopen ogen. Ook hij had één keer getwijfeld.

Het duurde niet lang of we zaten in een taxi op weg naar dat ene raam dat mijn vriend zich nog dacht te herinneren. Natuurlijk reed de taxi, zijn aanwijzingen volgend, feilloos naar het raam van Rita. Even hoopte ik nog op een buurvrouw, maar nee. Ze bevond zich aan mijn kant van de auto. De enthousiaste kreet van mijn vriend viel samen met het moment dat mijn blik de hare kruiste.

‘Die, die!’ brulde mijn vriend opgetogen in mijn oor en ik moest mijn hoofd laten zakken om zijn wild gebarende arm wat ruimte te bieden. Rita wist hoe twee dronken kerels in een taxi eruit zagen en ze draaide haar hoofd weg alsof ze poep had geroken. ‘Nee, die ken ik niet,’ zei ik, zijn arm geïrriteerd wegduwend. ‘Wat een meid!’ riep hij nog, terwijl ik de taxichauffeur een por gaf om verder te rijden.

Ja, wat een meid.