Geplaatst op

Andere verpakking (1)

De Standaard kwam gisteren met een bijdrage onder de vlag: Het is eenzelfde kind, alleen in een andere verpakking.

Het gaat over het 7-jarige jongetje Senne dat vanaf nu als Sanne door het leven gaat. Als meisje, dus. Ze is zo ‘opengebloeid’ sinds ze een meisje mag zijn, beweert de trotse moeder. (zie: http://bit.ly/LRUXHE)

Ik zou het artikel gelaten hebben voor wat het was als ik niet een goed deel van mijn leven via mijn fotografie met genderdysforie te maken had gekregen. Het is nu eenmaal een belangrijk thema in mijn werk.

Centraal daarin staan volwassenen die een puberteit en adolescentie achter zich hebben liggen. Met kinderen van zeven die beweren in het verkeerde lichaam geboren te zijn, heb ik uiteraard nooit gewerkt.

Ik maakte mijn eerste foto van een transseksueel ergens eind jaren Zeventig. Ik geloofde heel ernstig in de mogelijkheid dat mensen in een verkeerd lichaam geboren konden worden, want ik had in een discotheek gezien hoe iemand die ik als travestiet dacht te kennen levenloos uit het toilet werd gedragen, omdat hij met een veter en een zakmes zichzelf had gecastreerd, een actie waarbij het ongeveer net zo lang duurt om dood te bloeden als iemand met een moeilijke stoelgang nodig heeft om zijn darmen te legen.

Mijn verontwaardiging over dit leed was groot. De afdeling Genderdysforie van het VU bestond in die tijd naar mijn beste weten nog niet, of men was daar nog niet zo actief. Veel transseksuelen gingen in die tijd nog naar Casablanca voor een geslachtsverandering die neerkwam op een redelijk slordige verwijdering van de mannelijke geslachtsdelen en het creëren van een caviteit die voor vagina door moest gaan.

De op die wijze geopereerde transseksuelen liepen weken, soms maanden met een houten klos in die holte om dichtgroeien te voorkomen. Je hoorde dan een luide plok wanneer zo iemand op een houten stoel of kruk ging zitten. In veel gevallen groeide die vagina na verloop van tijd alsnog dicht, omdat verzorgingsadvies en medische begeleiding afwezig waren.

Toch zag ik het nut van die operatie in omdat het hier immers ging om een heilig doel; het voorkomen van zelfmoord en het verbeteren van het gevoel van eigenwaarde van de geopereerde.

Ik was vooral ook gefascineerd door de moed die iemand kennelijk wist op te brengen om voor zijn eigen identiteit op te komen. In de Gay Scene van de jaren Zeventig was de acceptatie van transseksuelen nog beperkt. In de maatschappij was die er in het geheel niet.

Van drie transseksuelen uit die tijd maakte ik met enige regelmaat foto’s. Eén van hen pleegde binnen tien jaar alsnog zelfmoord. De tweede bezweek aan alcoholmisbruik en de derde, een straatprostituee, werd vermoord door een man die zich bedrogen voelde.

Ik pretendeer hier geen statistisch gegeven neer te leggen, de transseksuelen die ik fotografeerde bevonden zich in een milieu van prostitutie en andere uitzonderlijke zaken.

Volgens mij lag dat allemaal aan de gebrekkige medische en psychologische begeleiding, de maatschappij die er niet klaar voor was en de heteromannen die transseksuelen toch maar niet als echte vrouwen wilden erkennen.

Nu, na bijna veertig jaar gewerkt te hebben met mensen die met gender issues worstelen, denk ik daar iets genuanceerder over.

Het aantal ‘geslaagde’ transseksuelen die als vrouw door het leven gaan, stijgt zonder meer en de bedroevende situaties die ik in het begin van mijn carrière tegenkwam zijn zeldzaam geworden.

Om u echter niet te lang bij Facebook, Dating- of Nieuwssite weg te houden wou ik mijn ervaringen graag in episodes noteren.

(Wordt vervolgd)