Geplaatst op

Even zeiken

Zo aan de vooravond van Kerstmis moet ik gewoon even zeiken. Ik heb nog niet nagedacht waarover, maar als het toetsenbord eenmaal rammelt dan komt het vanzelf. Van mijn uitgever uit een ver verleden mocht ik tegen niemand zeggen dat alle rottigheid die er dan uitrolt als het ware gedicteerd wordt door een hogere macht, maar nu ik allang niet meer schrijf op een manier die taalkundigen zou moeten charmeren mag ik daar rustig voor uitkomen.

Zoals ik al zei: het wordt gedicteerd. Ik kan in een prima humeurtje zijn en tevreden naar mijn kopje koffie kijken om een moment later het toetsenbord naar me toe te trekken en vervolgens alles wat lief en dierbaar is af te fakkelen. Ben ik eenmaal klaar met het betoog dan is die kop koffie waar ik me zo op had verheugd allang koud.

Nu zit ik hier en de hogere macht zwijgt. Zou het dan toch zo zijn dat het blonde leeghoofd in het café gelijk had toen ze ooit beweerde dat alle mannen vroeg of laat wijwater gaan pissen?

Als het maar in een krachtige straal komt, had ik toen nog luchtig geantwoord, maar nu beangstigt die uitspraak me.

Net zoals de opmerking van een eindredacteur, die toen ik wat lang doorzeurde over iets wat in mijn eerste zin al duidelijk genoeg was geworden, nuchter constateerde dat oude mannen nu eenmaal wat nadruppelen.

Nog even en ik ga lijken op zo’n beeldend kunstenaar in een dorp met drieduizend zielen die helemaal in zijn eigen grootheidswaan opgaat omdat niemand hem ooit van kritiek voorziet. Men maakt in kleine gemeenschappen nu eenmaal liever geen vijanden.

U ziet het hier nu gebeuren. Zonder die hogere macht sta ik eigenlijk alleen tegen mijn eigen broekspijp aan te zeiken.