Geplaatst op

Het studentenweekblad (4)

Na mijn nutteloze bezoek aan het Muiderslot in de hoop een prijs in ontvangst te nemen, die ik toch eerlijk gewonnen had, was er nog een kort telefoongesprek met redacteur Adriaan Jaeggi. Hij bleef bij hoog en bij laag beweren dat alles een pijnlijk misverstand was en dat de fout weliswaar bij hem lag, maar dat ik nu niet kwaad mocht zijn, omdat ik toch echt de volgende week geacht werd acte de présence te geven, want het uitreiken van de Keefmanbokaal moest immers als een serieuze aangelegenheid gezien worden.

Het kan nooit kwaad iets toe te zeggen aan iemand die zelf zijn toezeggingen niet nakomt, dus ik verzekerde hem dat ik aanwezig zou zijn.

Uiteraard zou ik niet op komen dagen, ik gunde hen een vergeefs ritje naar het Muiderslot van harte en ik kan me niet herinneren gebeld te zijn, dus alles was goed gekomen, ook zonder mij. Dat bleek ook toen het volgende nummer van Propria Cures uitkwam. Mijn toespraak sierde de voorpagina. Bij Propria Cures zijn ze waanzinnig goed in het schrijven van een stuk onder de naam van een ander om iemand daar volmaakt belachelijk mee te maken, maar dit was zonder meer een slap stuk, voorzien van een foto van mij als winnaar. Ik dacht in de foto Michael Jackson te herkennen en dat vond ik wel aardig. The King of Pop als mijn alterego, het kon altijd beroerder.

Inmiddels was ik wel klaar met die redactie en ik eiste dat ze de Keefmanbokaal in een café, ergens in De Pijp, zouden overhandigen en daar zaten ze natgeregend bijeen met hun plastic tasje met daarin een bokaaltje gewikkeld. De V van victorie bovenop de bokaal was onderweg afgebroken, maar dat kon ik volgens Jaeggi makkelijk weer aanlijmen met secondenlijm.

Maar er was meer stuk gegaan dan alleen het victorieteken. Ik was het nu definitief zat en eiste een redacteurszetel op, maar dat lukte niet, want ik had volgens hen onvoldoende gepresteerd voor een redactiezetel. Dat na 20 stukken, een handvol illustraties, een gewonnen kort geding en twee opeenvolgende prijzen.

Ik besloot alle goede manieren even te laten varen en vroeg het PC-meisje hoe het voelde dat mij het redacteurschap geweigerd werd, terwijl zij op het inzenden van haar portretfoto de redactie was binnengerold.

Indertijd dacht ik nog dat opportunistische mensen, zoals het PC-meisje, geen echte diepe gevoelswereld kenden, maar ze begon nu toch onbedaarlijk te huilen. Er kwam geen einde aan de hoeveelheid traanvocht die zij wist te produceren. Wel mooi gedaan, zonder schokkende schouders en luide uithalen.

Nog niet zo lang geleden was ik hoofdredacteur van Playgirl geweest, waar hoofdzakelijk vrouwen werkten, en daar had ik een belangrijke levensles geleerd. Mannen worden, eenmaal geconfronteerd met een voor hen onplezierige waarheid, steevast boos en vrouwen gaan huilen. Dat is allemaal wel heel erg lang geleden. Inmiddels zie je het fenomeen van huilende vrouwen op werkvloeren een stuk minder vaak.

Ik besloot er nog een schepje bovenop te doen, terwijl Casper Schoemaker zijn best zat te doen alsof hij ook gezichten kon trekken die een zekere empathie uitstraalden. Maar vergeefs.

Jaeggi trok het zich het meeste aan dat het PC-meisje moest huilen en dat was ook wel voor de hand liggend na al zijn geklaag over een gebrek aan seks. Het PC-meisjes sliep met iedereen, maar niet met Jaeggie. Een verstandig mens verlegt dan zijn doelen, maar dichters van koddige strofen leven in een geheel andere wereld.

Er werd uiteindelijk overeengekomen met veel gekreun dat ik ‘meeloper’ zou worden. Dat is bij Popria Cures de term voor redacteur in spe. Het is nogal een nare positie, een beetje als student zijn in een ontgroening. Je moet ook koffie aandragen voor échte redacteuren. Geef een strobreed toe aan Rechts Nederland en ze maken zelfs van een redactiehok van vier bij vijf meter een slavenschip.

Ik ging ermee akkoord in de gedachte dat ik, wanneer ik eenmaal redacteur zou zijn en zoals de PC-traditie dat wil, niet meer gencensureerd of gecorrigeerd mocht worden, de schade die me aangedaan was ruim zou inhalen.